Kwetsbaarheid in coaching

Kwetsbaarheid in coaching

Moet je sterk en duidelijk zijn als coach en je twijfel niet laten zien? Krachtig en standvastig zijn? Alles weten en je pijn verbergen. Je stress of het gesprek gaat slagen onder de tafel houden?

Of mag je als coach je twijfel laten zien? Een antwoord schuldig blijven? Laten merken dat een onderwerp je raakt omdat je het zelf hebt meegemaakt, of omdat het nu actueel is?

Mag en kan dat allemaal? Mag je kwetsbaar zijn?

Voordat je verder leest over de voors en tegens van kwetsbaarheid in coaching, de vraag om voor jezelf eens na te gaan.

Wat zou jij prettig vinden als je in de schoenen van een coachee stond.
Mag een coach zich kwetsbaar opstellen?
Heb je zelf ervaring met kwetsbaarheid in coaching?

Kwetsbaarheid als menselijkheid

In het algemeen: ja, je mag zeker met kwetsbaarheid werken in coaching. Het versterkt het gevoel van openheid en eerlijkheid. Je coachee zal ervaren er een mens in de coach zit, geen alleswetende probleemoplosser of goeroe. Kwetsbaarheid schept ruimte. Het nodigt uit tot echt en diep contact.

Het verlaagt de noodzaak om jezelf te bewijzen als coach en geeft ruimte om je werkelijk uit te spreken.

Veiligheid

Veiligheid is een voorwaarde voor leren en ontwikkeling; kwetsbaarheid en openheid zijn belangrijke bouwstenen daarvoor.

Toch is niet elke vorm van kwetsbaarheid in coaching behulpzaam. Maak een onderscheid tussen delen dat verbindten delen dat ontregelt.

Delen dat verbindt

Kwetsbaarheid in coaching verloopt o.a. door iets te delen over wat er speelt bij jezelf als coach. Het delen heeft een aantal kenmerken als het verbindt:

Meestal is het gerelateerd aan de coachee. Wat je deelt (een ‘anekdote’, een ervaring of een probleem) houdt altijd verband met thema’s of vraagstukken van je coachee. Het kan dus herkenning oproepen en de deur naar dieper contact openen.
Soms is het niet gerelateerd. Je kan ook iets delen dat niet met de thema’s van de coaching te maken heeft. Bijvoorbeeld als je recent iets heftigs hebt meegemaakt. Laten zien dat je ermee rondloopt maakt je meer mens in de ogen van de coachee.
Het is kort en doelgericht: Vertel in beide gevallen niet je hele levensverhaal, maar beperk je tot wat relevant is.
Het is goed getimed: Niet elke situatie, vraag of probleem vraagt om jouw persoonlijke anekdote. Kies een goed moment waarop je deelt. Het delen moet het ontwikkelproces van coachee ondersteunen. Over het algemeen ben je terughoudend met het delen.
Het is gegrond in zelfreflectie: Als je deelt, doe het vanuit een helder zelfbewustzijn: Waarvoor deel je? Wat hoop je te bereiken? Wat is er nodig?

Delen op deze wijze werkt verbindend, als katalysator van het ontwikkelproces van je coachee. Het moedigt je coachee aan om ook meer te openen en kwetsbaar te zijn. Het creëert wederkerigheid, emotionele verbinding en vertrouwen.

Wanneer kwetsbaarheid niet werkt

Als kwetsbaarheid niet meer ten dienste staat van je coachee, maar om jou draait als coach, dan gaat jouw kwetsbaarheid het gesprek overheerst.

Dat gebeurt bijvoorbeeld als:

je je eigen emotie niet kunt reguleren en die onbedoeld veel ruimte vraagt.
je gaat zoeken naar bevestiging of geruststelling bij je coachee.
je verhalen en details deelt die de ander niet kan dragen.
je onbewust je eigen agenda, verlangens en behoeften erop na houdt.

Als coach is het jouw taak de balans te bewaken tussen delen en voor jezelf houden. Kwetsbaarheid mag er zijn, maar het mag niet de leiding overnemen van het gesprek.

Moed en discipline: de professionele balans

Kwetsbaarheid in coaching vraagt moed en discipline. Een paar praktische vuistregels:

1. werk vanuit compassie, liefde en wijsheid.
2. reflecteer intern. Voel je iets dat gedeeld wil worden? Vraag je dan af: draagt dit bij aan het proces of verstoort het het?
3. vraag toestemming. Een korte vraag kan wonderen doen: ‘Mag ik iets persoonlijks delen dat  resoneert op wat je me vertelt?’. Dit creëert keuze en veiligheid.
4. blijf kort. Een zin of twee delen is vaak krachtiger dan een verhaal.
5. wees bereid grenzen te herstellen. Als het delen je coachee overvalt, breng dan het zwaartepunt van het gesprek weer naar de coachee. ‘Ik merk dat ik even teveel over mezelf spreek, laten we terug naar jouw vraag.’ Dit is ook kwetsbaarheid, namelijk toegeven dat je op een verkeerd spoor zit.
6. reflecteer nadien. Reflecteer op wat er is gebeurd in het tonen van je kwetsbaarheid. Je kunt dit ook bespreken in supervisie of intervisie. Leer van elke keer weer van dergelijke ervaringen.

De paradox: kwetsbaarheid geeft kracht

In algemeen kun je dus stellen dat kwetsbaarheid in coaching werkt. Het maakt je toegankelijker, geloofwaardiger en effectiever. Het verleidt de ander ook tot echtheid, openheid en veiligheid, en dat stimuleert groei.

Mensen volgen eerder iemand die mens is, dan iemand die onfeilbaar lijkt.
Kwetsbaarheid is geen zwakte. Het is een moedige vorm van leiderschap in coaching.
Durven mens te zijn ten dienste van de ander.

Is dat niet precies waar coaching om draait?