Traumasensitief werken in coaching

Traumasensitief werken

 

Trauma is een woord dat veel mensen liever vermijden. Toch kom je het als coach vaker tegen dan je denkt. Soms herken je het meteen in iemands verhaal, maar vaak zit het verscholen onder patronen, overtuigingen of terugkerende klachten.

Ik herinner me een vrouw die bij me kwam voor coaching. Ze wilde ‘meer zelfvertrouwen’ en ‘beter grenzen kunnen aangeven’. Op het eerste gezicht leek het een klassieke coachvraag. Maar al tijdens het eerste gesprek voelde ik: hier zit iets diepers onder. Haar lichaam vertelde een ander verhaal dan haar woorden. Ze glimlachte terwijl ze sprak over haar pijnlijke ervaringen. Ze haalde oppervlakkig adem toen ze over vroeger begon. En telkens als het stil werd, veranderde haar houding subtiel, alsof haar lichaam zich wilde terugtrekken.

Wat ze zelf niet kon benoemen, voelde ik in haar systeem: dit was geen kwestie van ‘gewoon assertiever worden’. Dit was een verhaal waarin trauma een rol speelde. En dat vraagt van een coach een andere manier van werken: traumasensitief werken.

 

Reflectie: Heb jij weleens gemerkt dat een coachvraag ‘simpel’ lijkt, maar dat er iets veel diepers onder schuilgaat?

 

Wat is traumasensitief werken?

Traumasensitief werken betekent niet dat je therapeut moet worden of trauma moet behandelen. Dat is het domein van gespecialiseerde traumatherapie. Wat het wél betekent: dat je als coach herkent wanneer trauma meespeelt, en je je begeleiding daarop afstemt.

Het is een manier van werken waarin je:

  • veiligheid centraal stelt in de ruimte, in jezelf en in de relatie met de cliënt
  • lichaams- en stresssignalen leert herkennen omdat trauma vaak via het lichaam spreekt
  • niet forcerend of doorvragend werkt, maar ruimte laat ontstaan voor wat zich wil tonen vooral via het lichaam
  • bewust blijft van je eigen veilige houding zodat je geen hertraumatisering veroorzaakt
  • handvaten geeft voor trauma sensitieve oefeningen om het zenuwstelsel te navigeren naar veiligheid

Wat het níet is:

  • het trauma oplossen of behandelen
  • herbelevingen oproepen of forceren
  • diagnoses stellen

Traumasensitief werken vraagt niet dat je alles ‘weet’ over trauma, maar wel dat je er bewust mee omgaat. Het is een houding van zachtheid, respect en afstemming en belichaamd aanwezig zijn.

 

Trauma herkennen

Wat ik in de loop der jaren het meest heb geleerd over trauma, is dat het lichaam vaak spreekt vóórdat woorden dat doen.

In het algemeen gezegd: mensen kunnen rationeel vertellen dat het ‘allemaal goed gaat’, terwijl hun lichaam iets anders laat zien:

  • gespannen schouders of hoge ademhaling
  • het gevoel heel snel weer ‘aan’ te staan, getriggerd te zijn of overweldigd
  • verstijven bij bepaalde thema’s
  • dissociatie (alsof ze even ‘weg’ zijn)
  • overmatig lachen of bagatelliseren bij pijnlijke herinneringen
  • opgejaagd voelen of niet voelen

 

In het geval van de vrouw uit mijn praktijk merkte ik dat haar adem stokte zodra ze sprak over haar jeugd. Ze zei dat ze ‘het allang verwerkt had’, maar haar lijf vertelde een ander verhaal. Door traumasensitief te werken, hoefde ik haar verhaal niet uit te trekken. Ik kon aanwezig blijven bij wat zich liet zien en dát was helend.

 

Reflectie: Kun jij in jouw werk signalen herkennen die verder gaan dan wat iemand zegt?

 

De polyvagaaltheorie

Een van de waardevolste kaders in traumasensitief werken is de polyvagaaltheorie van Stephen Porges. Deze theorie beschrijft hoe het autonome zenuwstelsel voortdurend scant of een situatie veilig of onveilig is en daar razendsnel op reageert.

Porges onderscheid drie delen:

  • bij een gevoel van veiligheid zijn we sociaal verbonden en open (ventrale vagus)
  • bij dreiging schakelt ons systeem naar vechten of vluchten (sympathisch)
  • als het te veel wordt, kan het systeem bevriezen of afsluiten (dorsale vagus)

Bij trauma blijft dit alarmsysteem (sympatisch of dorsaal) vaak ‘aan’ staan, ook lang nadat het gevaar voorbij is. Mensen leven dan vanuit hyperalertheid of juist uit een afgesloten toestand.

Als coach helpt het enorm om deze reacties te herkennen. Je leert werken met wat het lichaam aangeeft: soms betekent dat vertragen, soms betekent het samen ademen, soms betekent het juist niet verder graven maar veiligheid herstellen.

In mijn begeleiding met deze vrouw merkte ik dat ze bij bepaalde thema’s in een lichte bevriezingsreactie schoot. In plaats van door te duwen, bleef ik bij haar lichaam: we ademden samen rustiger, ik nodigde haar uit om haar voeten op de grond te voelen en haar eigen handen en armen te aaien. Pas toen dat veilig voelde, kon ze weer contact maken met haar gevoel.

 

De praktijk van traumasensitief werken

Traumasensitief werken betekent vaak dat je minder doet en dieper luistert. Hier zijn een paar manieren waarop dat eruitziet in coaching:

  • Gronding en lichaamsbewustzijn: samen voelen hoe iemand zit, staat, ademt. Soms is dát al genoeg om het systeem rustiger te maken.
  • Vertragen en stiltes toelaten: niet elke stilte hoeft gevuld te worden. Trauma heeft tijd nodig om zich te laten zien.
  • Veiligheid expliciet maken: benoemen dat alles wat verschijnt oké is, dat er niets geforceerd hoeft te worden.
  • Keuzevrijheid centraal stellen: trauma is verlies van controle. Als coach geef je de regie steeds terug aan de cliënt.
  • Co-regulatie: jouw kalmte, ademhaling en houding helpen het zenuwstelsel van de cliënt zich te reguleren.
  • Trauma sensitieve oefeningen, om de nervus vagus te activeren.

 

traumasensitief werken in de praktijk: met alle aandacht in gesprekBij mijn cliënt merkte ik dat kleine interventies grote veranderingen brachten. Een moment samen ademen, een korte pauze om voeten te voelen, een kleine lichamelijke oefening. Het waren geen grote technieken, maar ze maakten het verschil. Langzaam durfde ze stukken van haar gevoel toe te laten wat jarenlang onder de oppervlakte hadden gelegen.

 

Wanneer traumasensitief werken nodig is

Niet elke coachvraag vraagt om een traumasensitieve aanpak. Maar er zijn signalen waarbij dit essentieel wordt:

  • Sterke lichamelijke reacties op ogenschijnlijk neutrale thema’s.
  • Snel getriggerd zijn, snel of steeds ‘aan’ staan.
  • Dissociatie of ‘wegvallen’ tijdens gesprekken.
  • Herhalende patronen die niet veranderen ondanks inzicht.
  • Verhalen over ingrijpende ervaringen in het verleden.
  • Moeite met vertrouwen of veiligheid in de relatie.

Als coach hoef je trauma niet te behandelen om een verschil te maken. Alleen al erkennen dat het er is, en daar zorgvuldig mee omgaan, kan diep helend zijn.

 

Wat je leert als coach

Traumasensitief leren werken verandert niet alleen je manier van coachen het verandert ook jou.
Je leert:

  • dieper aanwezig zijn, zonder te willen fixen of oplossen.
  • zelf gereguleerd te zijn, kalm hoofd, in je lichaam aanwezig
  • luisteren met je zintuigen en je zenuwstelsel, niet alleen met je hoofd.
  • grenzen van je vak te kennen en te respecteren.
  • het mens-zijn in al zijn kwetsbaarheid en kracht te zien.
  • trauma-sensitieve oefeningen over te brengen om de ventrale vagus te stimuleren

En misschien nog wel het belangrijkste: je leert een ruimte te creëren waarin cliënten zichzelf kunnen ontmoeten, precies zoals ze zijn. Zonder oordeel, zonder haast.

 

Wil jij echt helpen?

Traumasensitief werken vraagt om zachtheid, kennis en vooral aanwezigheid. Het is een houding waarin je luistert naar wat niet gezegd wordt, waarin je lichaamstaal net zo serieus neemt als woorden, en waarin je veiligheid boven tempo plaatst.

Het wordt helder dat vele mensen trauma met zich mee dragen, zichtbaar of onzichtbaar. Dat zij zoeken naar begeleiding die dat herkent en respecteert.

Als coach kun jij dat verschil maken.

 

 

Wil jij leren hoe je traumasensitief werkt en je cliënten veilig en diepgaand begeleidt?

Meld je dan aan voor de Opleiding Holistisch Systemisch Coach

En ontwikkel je tot coach die werkelijk transformatie mogelijk maakt